maandag 21 oktober 2013

Bonita Avenue

Zakelijke gegevens
Auteur: Peter Buwalda
Titel: Bonita Avenue
Jaar van uitgifte: 2010
Aantal pagina’s: 543
Uitgeverij: De Bezige Bij

Gegevens over de auteur
Peter Buwalda is geboren in Brussel op 30 december 1971. Buwalda is de naam van zijn stiefvader. Toen Peter Buwalda vijf jaar was, verliet zijn biologische vader het gezin en trouwde zijn stiefvader met zijn moeder. Zijn echte vader is een Belg, maar daar heeft hij geen contact meer mee. Buwalda’s gezin verhuisde naar Nederland toen zijn stiefvader werk kreeg in Limburg.

Judo is een van Peter Buwalda’s interesses. Dit komt ook terug in Bonita Avenue. Zelf heeft hij ook jaren gejudood.

Na de middelbare school wilde Peter Buwalda natuur- en wiskunde gaan studeren in Eindhoven. Uiteindelijk werd het Utrecht, omdat hij het studentenleven op een bepaalde manier wilde meemaken. Gedurende zijn studie switchte hij naar Nederlands, na het lezen van De donkere kamer van Damokles.

Na zijn studie werkte Peter Buwalda vier jaar als journalist bij de Twentse universiteitskrant (een overeenkomst met Aaron uit Bonita Avenue). Hierna ging hij als redacteur werken bij literaire uitgeverij L.J. Veen in Amsterdam.

Peter Buwalda is journalist en werkt als redacteur bij verschillende uitgeverijen. Hij is mede-oprichter van het literaire poptijdschrift Wah-Wah en heeft verschillende verhalen en essays geschreven voor onder andere De Gids, Vrij Nederland, Bunker Hill en Hollands Maandblad. Bonita Avenue is zijn debuutroman.

Overige informatie: een recensie bijvoorbeeld

Peter Buwalda - Bonita Avenue****
07-10-10   09:44 uur
RECENSIE

Over Bonita Avenue, de debuutroman van Peter Buwalda (1971), is veel te zeggen. Dat het een goed boek is bijvoorbeeld. Een gedurfde, liefst 543 pagina's dikke roman. Een roman die zich niet bepaald laat lezen als een debuut, zo veel vakmanschap toont de schrijver al. En dat kan niet iedere debutant zeggen.

Maar het is ook een roman waarvan de plot hier niet moet worden naverteld. Dat zou het leesplezier maar vergallen. En plezierig is de lezing van dit noodlotsdrama - want dat is het - zeker. Sterker, het is een roman die je dwingt door te lezen. Een grote Nederlandse roman, die wat vaart en verteldrift betreft doet denken aan romans van Jeroen Brouwers (Geheime kamers) en Oek de Jong (Hokwerda's kind). Groots opgezet, fijn uitgewerkt.

Bonita Avenue heeft drie hoofdpersonages: Siem Sigerius, de flamboyante wiskundige en rector magnificus van Tubantia University (gelegen tussen Enschede en Hengelo), zijn bloedmooie, studerende stiefdochter Joni Sigerius en haar vriend Aaron Bever. Joni en Aaron studeren aan Tubantia University en zijn geliefden. Buwalda beschrijft de gebeurtenissen - Bonita Avenue is een als avonturenroman aangekleed familiedrama - vanuit deze drie personages.

De roman begint als Aaron Bever in de trein de vrouw van Siem Sigerius ziet. Aan het slot van dat eerste hoofdstuk, waarin de protagonisten worden voorgesteld, verneemt hij dat Siem Sigerius dood is. En dan begint Buwalda te vertellen. De ambitieuze roman is, vanuit 2008, een terugblik op de Werdegang van een familie, waarbij de schrijver veel hooi op zijn vork neemt.

Er zijn twee hoofdlijnen. Aaron en Joni gaan het internet op en verdienen veel geld met iets waarvan niemand iets mag weten. En Siem Sigerius blijkt uit een eerder huwelijk een zeer criminele zoon te hebben.

Er zijn twee gebeurtenissen in 2000 die een grote rol spelen in het verhaal: de vuurwerkramp die Enschede 13 mei treft en die het hele gezin raakt, en iets wat zich tijdens de EK-voetbalwedstrijd Nederland-Frankrijk van 21 juni afspeelt.

En er zijn twee centrale zinnen waar het in deze roman om draait. Al in het eerste hoofdstuk zegt Aaron: ''Maar ze logen allemaal in die boerderij.'' Die boerderij is het huis van Siem Sigerius, zijn vrouw Tineke en zijn stiefdochters Joni en Janis. En in het middendeel merkt Siem Sigerius op: ''Want wat weten we van elkaar?'' Vooral die laatste zin is essentieel.

Hoofdlijnen, gebeurtenissen en zinnen staan allemaal met elkaar in verband en uit deze kluwen weet Buwalda een krachtig, eigentijds verhaal te ontrollen over morele waarden. De charismatische ex-judokampioen Siem Sigerius, die zijn oneigen dochters een goede opvoeding wil geven en zijn vaderliefde bij hen kwijt kan, maar opgescheept zit met een verraden, wraaklustige zoon, met wie hij niet kan omgaan (nature-nurture-thematiek). Joni en Aaron, die, verblind door lust en geld, niet kunnen stoppen met hun spelletjes. Joni, Aaron en de zoon, die de politieke carrière van Siem in de weg zitten. Wat doet dat met een vader?

Nieuwsgieriger kan ik u, denk ik, niet maken. Vooruit: dit is ook een roman met een moord, een minister en een meesteres. Doet u dit allemaal onwaarschijnlijk aan? Het is een roman!

Goed is de stijl van Buwalda, gecombineerd met de vorm. Hij schrijft beeldend, duidelijk, zonder krullen, en met humor. En hij weet op vakkundige wijze flashbacks in zijn vertelling te stoppen die het verhaal niet ophouden, zoals flashbacks vaak doen, maar echt versterken.

Behalve op de eerste zin, die lelijk is omdat Buwalda vier keer het woord hem gebruikt, is niet veel aan te merken op dit debuut. Misschien dat de lijntjes in het nu - de roman is een terugblik - niet helemaal netjes worden afgehecht. Soit, zeg ik, want wat een rijke historie staat daar tegenover. Buwalda lijkt nu al een gerijpte schrijver te zijn.

O, ja, de titel. Bonita Avenue is de straat in Berkely, Californië, waar het gezin Sigerius tijdens zijn gelukkigste periode woont als Siem daar als wiskundige werkt. Het vuurwerk is dan nog niet ontploft. (MAARTEN MOLL)

'Bonita Avenue staat bol van de onzorgvuldigheden'
OPINIE - Paul van Seters − 05/01/12, 06:00

In Peter Buwalda's gevierde roman Bonita Avenue struikel je over de onzorgvuldigheden, stelt hoogleraar Paul van Seters.
In het laatste Volkskrant magazine van 2011 stond een column van Peter Buwalda, de gevierde schrijver van Bonita Avenue, die voor de gelegenheid zichzelf had geïnterviewd. Het opvallendste onderdeel van dit zelf-interview was de onthulling over de namen van de Amerikanen die in zijn roman voorkomen.

Buwalda blijkt alle Amerikanen die in Bonita Avenue figureren te hebben vernoemd naar een van de 32 filmpersonages die Elvis Presley heeft vertolkt. De auteur meldt dat hij dit 'verborgen detail... er stiekem (heeft) ingestopt, voor de fijnproever'. Die mededeling wekt de indruk dat Elvis Presley en diens muziek een bijzondere rol spelen in de roman, maar niets is minder waar.

Een van de 32 Elvis-namen is 'Mike', door Buwalda in zijn column nader aangeduid als 'het zoontje van Joni Sigerius en Boudewijn Stol'. Wie Bonita Avenue leest, komt erachter dat Mike weliswaar het zoontje is van Joni Sigerius, maar dat de vader niet Boudewijn Stol is maar Aaron Beer, een andere hoofdpersoon in deze roman. Een grapje voor de fijnproever?

Verdwaald
Ook in Bonita Avenue zelf struikel je over dit soort dingen. Dat begint al met de naam van de roman. Die verwijst naar de laan in de Amerikaanse universiteitsstad Berkeley, waar Joni Sigerius als jong kind met haar zusje, moeder en stiefvader een paar jaar heeft gewoond. Op pagina 199 wordt het precieze adres vermeld: '1908 Bonita Avenue, Oakland, California'. Oakland? We waren toch in Berkeley! Buwalda moet hier in zijn aantekeningen verdwaald zijn geraakt, want er is een Bonita Avenue in Berkeley, maar er is ook een Bonita Avenue in Oakland, direct ten zuiden van Berkeley.

Berkeley speelt een belangrijke rol in Bonita Avenue, omdat de stiefvader van Joni, Siem Sigerius, van 1982 tot 1984 als veelbelovende wiskundige postdoc een aanstelling heeft aan de Universiteit van Californië in Berkeley. Met het stratenplan van Berkeley doet Buwalda de vreemdste dingen. Het lijkt er soms op alsof hij de plattegrond op zijn kop op zijn bureau heeft gehad.

Sigerius keert eind jaren '80 met zijn gezin terug uit Amerika voor een hoogleraarschap in Twente, waar hij in 1993 wordt benoemd tot rector magnificus. In die hoedanigheid was hij in 1995 aanwezig bij de belangrijkste universitaire roeiwedstrijd van het jaar, de Varsity, waar hij werd gefotografeerd door het nieuwe vriendje van zijn stiefdochter, die werkt voor het weekblad van de Twentse universiteit.

Bollende vijftigersbuik
Met het verhaal van die foto opent Bonita Avenue: 'Hij (Siem Sigerius) stond erop aan de oever van het Amsterdam-Rijnkanaal, zonder kleren op een stropdas na, wijdbeens met zijn blote voeten in modderig, platgetreden gras, met onder zijn voorzichtig bollende vijftigersbuik duidelijk zichtbaar zijn geslachtsdelen' (pagina 7).

De Varsity-traditie waar Buwalda op leunt, wordt hier meervoudig geweld aangedaan. Om te beginnen zijn het uitsluitend leden van de winnende studentenvereniging die bij een Varsity in het water springen, niet de oud-leden. Nagenoeg alle studenten die te water gaan, houden echter braaf hun onderbroek aan, en niet alleen hun stropdas. Dat een rector magnificus zich bij die gelegenheid in zijn nakie zou hebben vertoond, is zo ongeloofwaardig dat het moeilijk wordt de rest van de tragedie die zich in het leven van Siem Sigerius voltrekt serieus te nemen.

Fantasierijke geest
In het laatste deel van de roman, tegen het einde van 2000, wordt Siem Sigerius gechanteerd; hij moet ergens 100 duizend gulden vandaan halen om zijn afperser te betalen. Dat bedrag krijgt hij volgens Buwalda bij elkaar onder meer via 'Mees Pierson... die de resterende helft van zijn Spinozapremie beheert' (pagina 426). Maar Buwalda zag drie dingen over het hoofd: 1) het Spinozaprogramma bestaat pas sinds 1995; 2) kandidaten voor de Spinozapremie worden jaarlijks genomineerd door de rectores van de Nederlandse universiteiten - zij kunnen niet zichzelf of hun collega's voordragen; 3) de bestedingsmogelijkheden van de Spinozapremie zijn ruim, maar het geld moet wel altijd uitgegeven worden aan de 'bevordering van onderzoek'. Siem Sigerius kan dus niet de ontvanger van zo'n premie zijn geweest, en zou hij dat wel zijn geweest, dan zou hij die premie nooit hebben kunnen gebruiken om een afperser te betalen.

Buwalda heeft onmiskenbaar een fantasierijke geest en een brandende ambitie om te schrijven voor fijnproevers. Maar zou hij er niet beter aan hebben gedaan zich te concentreren op zijn tekst, en zich niet te laten afleiden door vrijblijvend gefröbel als de namen van Elvis Presleys filmpersonages?

http://www.volkskrant.nl/vk/nl/3184/opinie/article/detail/3105440/2012/01/05/Bonita-Avenue-staat-bol-van-de-onzorgvuldigheden.dhtml

Foto’s en films die jij bij het verhaal vindt passen via een link vermelden.
http://static0.ad.nl/static/photo/2010/6/10/4/20100511153943/media_xl_705799.jpg

Een beschrijving van het plot in ca 200 woorden
Siem Sigerius is rector magnificus aan de Universiteit van Twente, een grote wiskundige en ex-judoka. Hij pleegt overspel tijdens zijn eerste en tweede huwelijk.

Sigerius ontdekt dat zijn stiefdochter Joni en haar vriend Aaron samen een pornosite runnen, waarvan hij zelf ook lid van is. Op deze site zijn verschillende foto’s van Joni te vinden. Joni en Aaron verdienen heel veel geld met hun site. Nadat Aaron en Joni erachter komen dat ze zijn ontdekt, gaan ze uit elkaar. Aaron wordt depressief en Joni vertrekt naar Amerika.

Sigerius heeft een biologische zoon, Wilbert, die rond dezelfde tijd uit de gevangenis vrijkomt. Dit is vlak voor de vuurwerkramp in Enschede. Wilbert heeft een keer gezeten omdat zijn stiefzusje meineed pleegde en hem beschuldigde van seksuele handelingen. De meest recente keer heeft hij gezeten vanwege moord. Wilbert is uit op wraak op zijn stiefzus en later op zijn vader.

Als zijn vader Minister van Onderwijs wordt, wilt Wilbert hem chanteren. Sigerius laat zich echter niet chanteren en Wilbert besluit hem te vermoorden. Vader en zoon vechten en Sigerius breekt Wilbert zijn elleboog, waarna Wilbert vlucht. Hij valt in de sneeuw neer en is bijna dood als zijn vader hem de volgende ochtend vindt. Sigerius besluit Wilbert niet te helpen, maar hem dood te laten gaan en in stukken te zagen en hakken. Nadat Sigerius de stukken van Wilbert zijn lichaam heeft verborgen, gaat hij naar de jacht van Joni. Daar hangt Sigerius zich op. Joni gaat een paar dagen later naar haar jacht om die te verkopen en vindt haar dode vader.


Wat je opgevallen is aan het boek, in ca 200 woorden
Als ik wist dat seks zo’n een belangrijke rol in dit verhaal speelde, had ik dit boek niet uitgekozen. Ik ging er in de eerste instantie vanuit dat het handeltje waar ze op de flaptekst het over hebben een drugshandel zou zijn. Dit bleek echter niet het geval te zijn. Drugs vind ik een interessant onderwerp om over te lezen, seks daarentegen niet.

Dit boek is apart. Sommige situaties in het boek zijn gewoon heel raar en onrealistisch. Wanneer Sigerius in Aarons huis is en seksattributen vindt voor Aarons en Joni’s site en hij Joni’s ondergoed aan begint te trekken, was ik gechoqueerd. Dit was erg ongemakkelijk om te lezen.

Wat mij voornamelijk erg opviel, was dat het boek veel overbodige tekst bevatte. Dit vergemakkelijkte het lezen niet. Het boek had met minder pagina’s hetzelfde verhaal kunnen vertellen. Ook maakten de tijdssprongen het lezen niet al te makkelijk. Het ene moment speelde zich af in 2008, het volgende weer in 2000, enzovoorts. Verder wordt het verhaal verteld vanuit drie verschillende perspectieven, die van Sigerius, van Joni en van Aaron. Deze waren vaak ook moeilijk te onderscheiden. Er werd niet duidelijk verteld wie aan het vertellen was en als lezer moest je dus maar doorlezen en zelf bedenken uit wiens perspectief je las.

Ik denk dat dit boek niet voor mensen van mijn leeftijd is bedoeld, maar eerder voor volwassenen met meer leeservaring.  


Het einde herschreven. Maak een nieuw einde aan het verhaal in ca 200 woorden.
Stilletjes keek Sigerius naar zijn verrichte werk. Zijn eigen zoon. Langzaam nam paniek Sigerius’s lichaam over. Wat had hij gedaan? Wat kon hij nog doen? Sirenes klonken in de verte. Hulpeloos zakte Sigerius tegen de muur aan. Wachtend tot de politie hem kwam ophalen.

Tineke bleek aan het werk te willen gaan en Sigerius gezien te hebben zonder dat hij het door had. Angstig heeft ze meteen de politie gebeld.  Sigerius liet zich zonder moeite meenemen door de politie. Tijdens de rit in de politieauto raasden zijn gedachtes. Hij dacht aan Joni, Janis en Tineke. Ze zullen hem haten. Hij dacht aan de media die zijn gezin lastig zouden vallen. Hij dacht aan de krantenartikelen die in de krant zouden verschijnen. Hij dacht aan zijn beroep en reputatie. Hoe had dit allemaal kunnen gebeuren?

Sigerius keek naar het witte laken dat hij tot een touw had gevormd. Vol afschuw keek Sigerius naar zijn inmiddels schone handen. Hij was niet beter dan Wilbert, erger misschien. Sigerius schrok enigszins van zijn eigen gevoelens, in plaats van een schuldgevoel voelde hij schaamte. Zorgvuldig knoop Sigerius het ‘touw’ vast aan de lamp aan het plafond van zijn cel. Vastbesloten stapte hij op de stoel en legde de lus om zijn nek. Dit was het dan.